Typisch VWO

(van Candea College)

Kenmerken Vwo leerling (typisch VWO):

IQ:

110 – 135

Leerachterstanden:

nihil – voorsprong (inzichtelijke vakgebieden)

Score Cito- eindtoets basisonderwijs:

544 – 550

Scores leerlingvolgsysteem basisonderwijs:

overwegend A- scores

Doelgroep:

De doelgroep vwo laat over het algemeen weinig scores zien op vragenlijsten voor sociaal-emotionele ontwikkeling die wijzen in de richting van sociaal-emotionele problematiek. In een enkel geval is sprake van een enkelvoudige gedragscomponent (ADHD, PDD/NOS, NLD, ADD of Gilles de la Tourette). Vwo leerlingen kunnen zich over het algemeen goed concentreren, kunnen goed luisteren naar docenten en medeleerlingen en zijn aanspreekbaar op hun eigen gedrag. Deze groep kinderen beschikt over het algemeen over een bovengemiddelde intelligentie en een goede tot zeer goede zowel actieve als passieve woordenschat. In enkele gevallen is sprake van technische leerachterstanden zoals dyscalculie (rekenen) of dyslexie (spelling en/of technisch lezen)

Kenmerken onderwijs:

De leerlingen hebben over het algemeen behoefte aan een algemene leersituatie, gehuisvest in de scholengemeenschap. Het onderwijs kenmerkt zich verder door een aanzienlijk tempo waarin de leerlingen geacht worden de leerstof te kunnen verwerken. De leerlingen kunnen goed zelfstandig werken, waarbij een groot beroep kan worden gedaan op sociale vaardigheden in het kader van coöperatief leren.

In het onderwijsarrangement is voor een aantal individuele leerlingen aandacht voor technische remediërende activiteiten buiten de groep of in pluslessen, naast aandacht voor sociaal-emotionele vaardigheden in separate trainingsgroepen of op individuele basis.

Vwo leerlingen in de praktijk

Sociaal- emotionele aspecten

  • Kan in hoge mate probleemoplossend werken.
  • Kan een eigen mening formuleren.
  • Accepteert dat niet iedereen op dezelfde manier werkt.
  • Neemt zelfstandig initiatieven
  • Is bereid medeleerlingen te helpen bij studie en problemen.
  • Kan taken verdelen binnen een groep.
  • Kan in hoge mate reflecteren op het eigen handelen.
  • Kent een redelijk sociaal verantwoordelijkheidsgevoel (voor eigen doen en laten).
  • Kan voor zichzelf opkomen: durft vragen te stellen in de les en durft hulp te vragen.

Studievaardigheden

  • Kan huiswerk en toetsen plannen, ook op een langere termijn
  • Kan zelfstandig aan een planning met behulp van een planner werken
  • Neemt zelf initiatieven (tot leren)
  • Voelt zich in grote mate verantwoordelijk voor het eigen leerproces.
  • Kan met hulp van de docent reflecteren op de studie.
  • Kan onafhankelijk van een docent in een groep samenwerken
  • Kan zelfstandig een werkstuk maken.
  • Kan grotere stukken stof verwerken, eventueel door deze zelf in kleinere hoeveelheden te verdelen
  • Kan hoofd- van bijzaken onderscheiden.
  • Kan in hoge mate probleemoplossend werken.
  • Kan een eigen mening formuleren.

Lees ook: